Hoofdstuk 11
Open vragen
-
Is de Europese Unie aan te merken als een staat?
-
Welke soorten bronnen zijn er voor het staatsrecht? Noem twee specifieke veelgebruikte bronnen.
-
Wat zijn de belangrijkste wetgevende organen?
-
Maak een schema om de gang van wetsontwerp tot wet (in formele zin) in kaart te brengen.
-
Wat is een algemene maatregel van bestuur?
-
Is een algemene maatregel van bestuur een wet in formele zin?
-
Wat is een algemene maatregel van bestuur?
-
Aan welke voorwaarden moet een staat voldoen om een rechtsstaat genoemd te kunnen worden?
-
Kun je in eigen woorden uitleggen wat de bij vraag 6.1 bedoelde voorwaarden inhouden?
-
Aan welke voorwaarden moet een staat voldoen om een rechtsstaat genoemd te kunnen worden?
-
Omschrijf in eigen woorden de termen ministeriële verantwoordelijkheid, vertrouwensregel en parlementaire democratie.
-
Bent je het eens met de stelling?
-
Omschrijf in eigen woorden de termen ministeriële verantwoordelijkheid, vertrouwensregel en parlementaire democratie.
-
Wat zijn de taken van de Eerste en Tweede Kamer?
-
Welke bevoegdheden hebben de beide Kamers om hun werk te verrichten?
-
Hebben individuele Kamerleden ook bevoegdheden?
-
Wat zijn de taken van de Eerste en Tweede Kamer?
-
Welke verschillen kun je aangeven tussen klassieke en sociale grondrechten?
-
Geef van beide typen grondrechten voorbeelden.
-
Wat wordt bedoeld met beperking van grondrechten?
-
Wat wordt bedoeld met horizontale werking van grondrechten?
-
Wat wordt bedoeld met botsing van grondrechten? Kun je voorbeelden noemen?
-
Welke verschillen kun je aangeven tussen klassieke en sociale grondrechten?
-
Waar is het legaliteitsbeginsel te vinden in de bronnen van het staatsrecht?
‘De ministeriële verantwoordelijkheid en de vertrouwensregel vormen het fundament van de parlementaire democratie.’