Tekststructuur

Stap 5

Check of een ander de kern van je betoog direct snapt.

In Tekststructuur betogen we dat je een tekst zo kunt schrijven dat als een lezer alleen de basisuitspraak en de kernzinnen leest, hij prima snapt waar de tekst over gaat. Dat ga je nu testen.

  1. Formuleer het tekstschema van je tekst. In hoofdstuk 3 van Tekststructuur lees je dat het tekstschema bestaat uit de basisuitspraak en de kernzinnen van je tekst.
  2. Mail nu iemand anders je tekstschema. Dat kan een vriend zijn, een buurman, een collega of een studiegenoot. Vraag hem je tekstschema te lezen en om daarna in twee tot vijf zinnen op te schrijven waar je tekst over gaat.
  3. Lees de zinnen die je hebt teruggekregen. Staat er een adequate samenvatting van je tekst? Als dat zo is, dan waren je basisuitspraak en kernzinnen kennelijk helder.