Oefeningen H10 Eindoefeningen H18 H17 H16 H15 H14 H13 H12 H11 Introductie H9 H8 H7 H6 H5 H4 H3 H2 H1 Oef. 1 (preposities) Oef. 2 (imperfectum regelmatig) Oef. 3 (imperfectum onregelmatig (1)) Oef. 4 (imperfectum onregelmatig (2)) Oef. 5 (imperfectum onregelmatig (3)) Vul de juiste vorm van het imperfectum in.Als je alles hebt ingevuld, klik dan op: Controleer oefening. 1 - huren je dat huis met je broer?2 - kostenVorig jaar een komkommer veel minder.3 - fietsen u zonder licht?4 - wonen je samen in dat appartement?5 - passen het T-shirt je niet?6 - spelenWe vaak bij de buren.7 - mankeren Ik gelukkig niets.8 - makenHij altijd foto’s van zijn vrienden.9 - gebeuren dat vaker?10 - gebruikenMijn moeder altijd knoflook. Controleer oefening Oké