Ik heb een ____ van Van Gogh gekocht. |
|
|
Een echte Van Gogh? - Nee, natuurlijk niet, je maakt zeker een ____! |
|
|
Ik denk dat het gaat regenen, moet je die donkere ____ eens zien. |
|
|
Hoe laat vertrek je? Ik ga met de trein van 11.44 uur naar Schiphol en dan vertrekt mijn ____ naar Madrid om 15.45 uur. |
|
|
Wil je het ____ dichtdoen, ik vind het een beetje koud. |
|
|
Wat wil je op je ____? Ik heb kaas en tomaat. |
|
|
We gaan in het weekend wandelen bij het Naardermeer, een prachtig ____. |
|
|
Nederland is bij buitenlanders vooral bekend om de ____. |
|
|
Angus komt uit Schotland. Hij vindt Nederland erg plat en mist de ____. |
|
|
Veel mensen vinden het fijn om in het weekend in de ____ te zijn. |
|
|
Ik moet even naar de supermarkt om een ____ suiker te halen. |
|
|
Ik ga boodschappen doen maar ik neem geen ____ mee want ik kan alles wel met de hand dragen. |
|
|
Maria is op vakantie naar Colombia geweest. Ze heeft daar zoveel gekocht dat haar ____ zwaarder was dan 30 kilo! |
|
|
Weet jij wat het ____ is tussen een huis en een woning? |
|
|