Variatie in zinslengte vergroot de leesbaarheid van je tekst.

De leesbaarheid van teksten hangt niet alleen af van woordgebruik, structuur en verbindingswoorden, maar ook van zinslengte. Het gaat erom dat de tekst een goed ritme heeft: lange(re) en korte(re) zinnen wisselen elkaar af. Ook moet de zinslengte aansluiten bij de doelgroep. Zo maak je geen zinnen van 25 woorden in een internettekst voor jongeren.

Lange tijd was het gebruikelijk de moeilijkheidsgraad van een tekst te bepalen aan de hand van de gemiddelde zinslengte:

(Flesh, 1977)

1. Tel van een gedeelte van je tekst de lengte van elke zin. Controleer of je genoeg varieert in lengte. Staan er niet te veel zinnen met ongeveer dezelfde lengte achter elkaar?
2. Bereken nu de gemiddelde zinslengte. Kijk of er zinnen zijn die beter in tweeën geknipt kunnen worden. Kijk of er zinnen zijn die beter samengevoegd kunnen worden. Kijk of de tekst er beter van wordt als je ergens een korte zin invoegt of juist ergens een zin langer maakt.