Volgende Hoofdstukken Start! Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 Hoofdstuk 6 Hoofdstuk 7 Hoofdstuk 8 Hoofdstuk 9 Hoofdstuk 10 Hoofdstuk 11 Hoofdstuk 12 Hoofdstuk 13 Hoofdstuk 14 Hoofdstuk 15 Audio Uitspraakoefeningen Extra oefeningen Woorden trainen met Quizlet Oefening 1 Oefening 2 Oefening 3 Oefening 4 Oefening 5 Oefening 6 Oefening 7 Oefening 8 Oefening 9 Oefening 10 Oefening 1: werkwoorden Vul de juiste vorm van de werkwoorden (tussen haakjes) in.Klik op 'hint' om een letter te kopen. De knop [?] toont het antwoord. Speciale tekens: ą ę ł ś 1. (Ja) [?] (iść) do sklepu.2. Czy (ty) [?] (być) głodny?3. (My) nie [?] (mieć) makaronu.4. Czy (wy) [?] (kupić) ryż?5. Ona [?] (potrzebować) marchewki.6. Czy [?] (płacić) pan kartą?7. On [?] (musieć) iść do banku.8. Czy (wy) [?] (chcieć) dziś mięso?9. (My) [?] (potrzebować) więcej czerwonego wina.10. Oni [?] (kupić) jutro kurczaka. controleer hint OK