Volgende Hoofdstukken Start! Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 Hoofdstuk 6 Hoofdstuk 7 Hoofdstuk 8 Hoofdstuk 9 Hoofdstuk 10 Hoofdstuk 11 Hoofdstuk 12 Hoofdstuk 13 Hoofdstuk 14 Hoofdstuk 15 Audio Uitspraakoefeningen Extra oefeningen Woorden trainen met Quizlet Oefening 1 Oefening 2 Oefening 3 Oefening 4 Oefening 5 Oefening 6 Oefening 7 Oefening 8 Oefening 9 Oefening 10 Oefening 1: werkwoorden Vul de juiste vorm in van de werkwoorden tussen haakjes.Klik op 'hint' om een letter te kopen. De knop [?] toont het antwoord. Speciale tekens: ą ę ż 1. Co (ty) dziś [?] (gotować) na obiad?2. Na obiad (ja) [?] (smażyć) naleśniki. 3. Do zupy (my) [?] (dodawać) trochę cebuli.4. Ona [?] (kroić) paprykę.5. Teraz (my) [?] (obierać) ziemniaki.6. Czy (wy) [?] (piec) dziś mięso na obiad?7. Eryk [?] (miksować) składniki.8. One [?] (mieszać) herbatę.9. (Ja) [?] (zmywać) brudne naczynia.10. Teraz (ja) [?] (piec) chleb. controleer hint OK