Hoofdstukken
- Start!
- Hoofdstuk 1
- Hoofdstuk 2
- Hoofdstuk 3
- Hoofdstuk 4
- Hoofdstuk 5
- Hoofdstuk 6
- Hoofdstuk 7
- Hoofdstuk 8
- Hoofdstuk 9
- Hoofdstuk 10
- Hoofdstuk 11
- Hoofdstuk 12
- Hoofdstuk 13
- Hoofdstuk 14
- Hoofdstuk 15
Oefening 8: c/cz/ć
Woorden met c, cz, en ć. Luister en zeg de woorden na.
- cel
- cebula
- świeca
- ocean
- kac
- czarodziej
- czekać
- gracz
- płacz
- męczący
- ćma
- ciepło
- ciocia
- mówić
- dosyć