Zet het werkwoord in de juiste vorm. Het hele werkwoord staat onder de zin.

1 De vraag naar hbo’ers wordt door het aantal vacatures in Nederland .
bepalen

2 Het door Van Oorschot onderzoek is waardevol voor de beroepspraktijk.
verrichten

3 Een klantmanager of cliënten recht hebben op een voorziening.
beoordelen (tt)

4 De klantmanager heeft steeds een oplossing te vinden.
proberen

5 Reclasseringswerkers vroeger weinig aandacht aan de problemen van cliënten met een licht verstandelijke beperking.
besteden

6 De veroordeelde het vonnis toen het werd uitgesproken.
aanvaarden

7 Verschillende mensen werden vorig jaar met uitzetting .
bedreigen

8 De inbreker verzette zich niet tegen de arrestatie.
verrassen

9 De getuige morgen dat zij hem niet eerder heeft gezien.
verklaren (tt)

10 Het groepje jongeren toen de politie de hoek om reed.
vluchten

11 De begeleider de brief van de stagiair altijd voor hij verzonden wordt.
verbeteren

12 De verdachte zijn computer meteen na de bekendmaking gisteren.
resetten

13 De krant gisteren al dat de daders waren gepakt.
melden

14 Hij haar na afloop van het tentamen.
sms’en (tt)

15 Het programma is nu eindelijk .
updaten