Zet het zelfstandig naamwoord in het meervoud. Het zelfstandig naamwoord staat onder de zin.

1 Verschillende zijn uitgeprobeerd.
strategie

2 De werden allemaal verschoven.
bureau

3 De agent maakte vorig jaar te weinig op.
proces-verbaal

4 De cliënt vertelde de therapeut over zijn .
fantasie

5 De studenten zaten verspreid over drie .
coupé

6 De kwamen bij elkaar voor een extra cursus.
kandidaat-notaris

7 De waren het niet eens met elkaar.
commissaris

8 geven zelden duidelijk antwoord.
politicus

9 De bevolking probeerde de te beschermen.
monnik

10 Zij beweerde weer te hebben gezien.
ufo