Profiel van de Nederlandse overheid

Hoofdstuk 5

Vragen en opdrachten 

  1. Geef een omschrijving van de volgende begrippen:
    • synoptisch-rationeel
    • incrementeel
    • beslissing
    • besluitvormingsmodel
    • beschikking
        
  2. Noem vijf elementen die een rol spelen bij het nemen van een beslissing.
  3. Wanneer is sprake van een ‘eenvoudige beslissing’ en wanneer van een ‘complexe beslissing’? Geef van elk een voorbeeld.
  4. Welke zes besluitvormingsmodellen worden in dit hoofdstuk behandeld? Geef van elk van de modellen een beschrijving.
  5. Is er een ideaal besluitvormingsmodel aan te wijzen? Verklaar het antwoord.
  6. Waarvan zou de keuze voor een bepaald besluitvormingsmodel kunnen afhangen?
  7. Hoe kan een beleidsmaker een ‘incrementele besluitvorming’ toch ‘synoptisch-rationele’ trekken geven? Is dat wenselijk?
  8. Komen een beslissing via het ‘vuilnisbakmodel’ en een ‘niet-beslissing’ in de praktijk veel voor? Is zo’n beslissing per definitie slecht?
  9. Waarom zal bij een crisissituatie de besluitvorming meer centraal worden geregeld?
  10. Licht de relatie tussen het routinekarakter van een besluit en beleidsvrijheid toe.
  11. Wat is het verschil tussen een ‘materiële’ en een ‘procedurele beslissing’?
  12. Wat is het verschil tussen een ‘strategische’ en een ‘tactische beslissing’?
  13. Hoe zou je in het licht van voorgaande categorieën de beslissing kunnen typeren tot het vaststellen van een plan voor het verdelen van de subsidies voor de podiumkunsten door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap? 

   
Praktische weblinks 

  • www.onderzoeksraad.nl
    Onderzoeksverslagen en publicaties naar aanleiding van verschillende door de raad onderzochte ongevallen en crisissituaties.